Al weken domineert COVID-19 het nieuws in Nederland. Maar naast alle verhalen over overvolle intensive cares, ondernemers die worstelen met de huidige maatregelen en gesloten grenzen lijkt er één lichtpuntje te zijn: de coronacrisis is goed voor het milieu. De natuur heeft even een momentje om op adem te komen. De foto’s van vissen in de grachten van Venetië en satelliet beelden van de verminderde uitstoot in China circuleren over het internet. Er is minder verkeer en de industrie staat op sommige plekken op pauze, al met al ziet het er goed uit voor Moeder Aarde. Maar is het coronavirus daadwerkelijk wel zo goed voor het milieu?
Verminderde uitstoot CO2 en stikstof
Er bestaat een sterke correlatie tussen economische activiteiten en de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide. Nu is het geen verrassing dat de economische activiteiten de afgelopen weken drastisch zijn afgenomen met betrekking tot de coronamaatregelen. In februari leidde de lockdown in China tot een vermindering in energieverbruik en uitstoot van 25 procent. Dit ten gevolge van een vermindering in het elektriciteitsgebruik, productie en transport. Het gebruik van steenkool bleek zelfs met meer dan een derde afgenomen te zijn. Ook zei de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) hun schattingen van de wereldwijde economische groei te verlagen van 3 procent (november 2019) naar 2,4 procent (maart 2020). Daarbij staat de luchtvaartindustrie, verantwoordelijk voor 2,6 procent van de CO2-uitstoot wereldwijd, bijna compleet stil door de huidige maatregelen. Al met al lijkt er steeds meer bewijs dat de wereldwijde CO2-uitstoot in 2020 zal dalen.
De luchtvaartindustrie is natuurlijk niet alleen verantwoordelijk voor de emissie van koolstofdioxide, maar blijft ook een grote boosdoener in de stikstof crisis. Deze crisis trad in 2019 nog naar de voorgrond, naar aanleiding van de enorme hoeveelheid stikstof in de lucht die de biodiversiteit bedreigd. Ook hier weet het coronavirus een handje bij te helpen. Door verminderde uitlaatgassen van auto’s en vliegtuigen daalt de stikstof-emissie. Maar we moeten nog niet te hard juichen. Zo zei Wallis de Vries, buitengewoon hoogleraar ecologie & bescherming van insecten aan de Universiteit van Wageningen: “Voordat zoiets in de hele keten doorwerkt, ben je minimaal een jaar bezig. En als we ons daarna weer net zo gaan gedragen als voor de coronacrisis, is het effect alweer weg.” Ook is de landbouw, één van de grootste uitstoters van stikstof, minder hard getroffen door de coronacrisis. En lijken de hervormingen op het gebied van verminderde stikstof-emissies juist stil te liggen dankzij het virus.
Op het gebied van stroom – verantwoordelijk voor een derde van de nationale broeikasgasuitstoot – zijn er nog geen grote verminderingen te zien. Nederlandse huishoudens gebruiken door de thuisquarantaine juist iets meer stroom, terwijl de kantoren dit weer uitbalanceren. Andere factoren hebben meer invloed gehad op de Nederlandse CO2-huishouding: zo scheelde de warme winter 1,5 miljoen ton aan uitstoot.
Op de lange termijn
Ondanks de positieve prognoses rondom de uitstoot van CO2, heeft de crisis van 2008 ons geleerd dat progressie op het gebied koolstof efficiëntie juist verminderd ten tijde van een crisis. Zo nam de wereldwijde CO2-uitstoot tussen 2008 en 2009 met 1,4 procent af, maar steeg deze het jaar daarna met 5,9 procent. Moet Moeder Aarde dan toch minder blij zijn met het coronavirus dan voorafgaand werd gedacht?
Dalende prijzen
De coronacrisis heeft harde gevolgen gehad voor de oliemarkt en de prijzen van emissierechten. Zo is de prijs van olie in een paar weken ongeveer gehalveerd. (Zie ook: Prijzenoorlog op de oliemarkt van Lars Beute). Hierdoor is het minder interessant voor bedrijven om naar schone en duurzame alternatieven te kijken. Ook zijn emissierechten scherp gedaald, ook wel de ‘boete op CO2 uitstoot’. Nog een reden voor bedrijven om de groene ontwikkelingen tijdelijk op een lager pitje te zetten. Als gevolg van de lage prijzen van emissierechten kunnen ook kolencentrales weer beter concurreren met gascentrales.
Klimaatakkoorden
Ook getroffen wegens de coronamaatregelen is de mondiale klimaatconferentie. Deze VN-klimaattop die in november zou plaats vinden in Glasgow is uitgesteld tot 2021. De conferentie had voor afspraken moeten zorgen rondom de verdere invulling van het Akkoord van Parijs uit 2015, en een stok achter de deur moeten zijn voor de Europese Green Deal. Ook lijkt het Nederlandse klimaatakkoord vertraging op te lopen. Zo mogen de regio’s hun plannen voor duurzame energie vier maanden later inleveren. In hoeverre deze vertragingen daadwerkelijk effect hebben op het milieu is moeilijk te bepalen, dat hangt grotendeels ook af van welke stappen landen aankomende maanden gaan zetten.
Aandacht voor economische groei
In crisistijd is er veel aandacht voor de wederopbouw van de economie en verdere economische groei. Zo heeft President Trump al laten weten financiële steun te bieden aan industrieën zoals vliegmaatschappijen, cruiseschepen, en aan olie- en gasproducenten. Ook beleidsadviseur Li Shuo van Greenpeace Asia, vertelde de New York Times dat China meer zal inzetten op snelle economische groei wanneer de pandemie voorbij is. Net zoals in 2008, lijkt de nasleep van de crisis juist de daling in CO2 tegen te werken. En dat niet alleen, aandacht voor de economische groei kan ook ten koste gaan van groene initiatieven. Duurzame innovaties kosten nou eenmaal veel geld, met oog op de recessie die de pandemie zal opvolgen kan dit naar de achtergrond treden.
Wat kunnen we ervan leren?
Wat sommige proberen te benadrukken is dat het geen 2008 meer is. Zo is Pier Vellinga, hoogleraar klimaatverandering aan de Vrije Universiteit Amsterdam en Wageningen University, van mening dat het heel anders kan uitpakken dit jaar: duurzame investeringen lonen op de lange termijn, dat lijkt in 2020 een feit. Uiteindelijk hangt het lange termijn effect echt af van de vraag: kan het coronavirus een mentaliteitsverandering teweeg brengen? Kan het huidige werkgedrag – thuiswerken, minder reizen en vergaderen via het internet – blijven bestaan? Hopelijk laat het tenminste zijn sporen achter en kunnen de fondsen die de economische groei ondersteunen geïnvesteerd worden in structurele duurzame veranderingen. Zoals Wallis de Vries benadrukte:
“Als er een moment is waarop we dingen kunnen veranderen, is het nu. We beseffen steeds meer hoe enorm we verweven zijn met de rest van de wereld, en dat dat ecologische consequenties heeft. Maar of die realisatie ook tot blijvende verandering leidt, blijft natuurlijk de vraag.”
Dit artikel is geschreven door Fenna Beentjes